Pijlstaart en zo
Triest, donker en nat, dat was het in hoofdzaak de afgelopen week. Niet echt een week voor sprankelende foto’s. Maar je wilt toch even in de natuur zijn. Daarom heb ik een half uurtje doorgebracht in een kijkhut. Daarvan ben ik geen liefhebber, het is me allemaal te statisch, maar dit halfuurtje kon ik het nog wel uithouden. Met zicht op enkele waterpartijen, waarop in de verte hoofdzakelijk eenden rond dobberden. Er waren veel Smienten, maar die waren allemaal zo ver weg dat er geen goede foto van te maken was. Op zich was dat al een probleem, het was zo donker dat ik de ISO’s flink omhoog moest schroeven. Daarvan worden de foto’s niet mooier.
Wie ik nog wel redelijk in beeld kon krijgen waren een stel Krakeenden, man en vrouw.

Krakeend (m+v)
Nauwelijks te fotograferen was een Dodaars, hij was heel ver weg. Ik laat hem toch maar even zien, tussen een Slobeend en in een Krakeend (v) in dobberend. Hij is de kleinste fuut die we hier in Nederland kennen en dat kun je ook aflezen aan het formaat van die eenden.

Slobeend (m), Dodaars en Krakeend (v)
Toen, ineens werd het interessant. Achter de begroeiing vandaan kwam een Pijlstaart, een mannetje, aanzwemmen.

Pijlstaart (m)
De Pijlstaart is een jaarvogel in Nederland, er broeden echter maar enkele paren per jaar. Verder is het vaak een doortrekker, op weg naar het zuiden.

Pijlstaart (m)
t Is een mooie eend met een lange nek’, heel even liet hij daarvan iets zien. Ook staat hij op de Rode lijst van bedreigde diersoorten.

Pijlstaart (v)
Uit mijn archief heb ik nog een foto van een vrouwtje Pijlstaart gehaald, zij laat die lange nek nog duidelijker zien.
Het was een koude, trieste dag, dat wel, maar die Pijlstaart liet mij toch nog met een goed gevoel naar de warme kachel gaan.
Nog even wachten
Het is nog even wachten op de vliegende voorjaarsboden, maar ze zullen de komende weken binnen komen. Intussen ligt het landschap er nog wat stilletjes bij,

landschap met molen
ergens dobbert een Smient (woerd) in een kanaal,

Smient (m)
ergens anders dobbert een Krakeend (woerd),

Krakeend (m)
soms denk je : “wat ligt daar nu?” Het is een omgewaaide vogelverschrikker. Als die een functie heeft gehad dan is dat nu wel voorbij.

gevallen vogelverschrikker
En in dat veld, daar buiten de bewoonde wereld, ook daar is hein….. Persoonlijk zie ik liever een vogel, straks misschien weer een Grutto, op die paal staan, maar ja …., die hein … Misschien hebben ze buiten ook wel een Holland house.

hein is overal
Het is nog even wachten op nieuw geluid in het veld.
Wintermix
Een poos geleden schreef ik dat het hier ontbrak aan “wintervogels” in de natuur. Als reactie kwam dat er genoeg ganzen zijn. Dat klopt, maar die blijven zo lang dat je ze bijna geen wintervogels meer kunt noemen. Maar nu, ziedaar, een wintertje en daar zijn ineens wel de vogels die ik bedoelde. Zoals de Grote zaagbek, die je hier in het binnenland bijna uitsluitend ziet als er vorst is of is geweest. Ik kon deze woerd maar slecht in beeld krijgen gelet op het tegenlicht en de donkere achtergrond, bovendien had hij haast,

Grote zaagbek
daarom heb ik even de hulp ingeroepen van een oudere foto om te laten zien hoe mooi deze eend is met z’n stak gekamde kuif, rode snavel en een haak aan de voorkant van die snavel.

Grote zaagbek
Bovendien was de vogel erg schichtig. Dat zijn ze van nature al wel, maar als er een Nijlgans boven op de palenrij staat, waar je voor langs moet, dan is het zeker een kwestie van opschieten.

Nijlgans
Een andere “wintervogel” die hier ineens ook volop aanwezig is is de Goudplevier. Op z’n Fries is dat de “Wilster”. Wereldberoemd in Fryslân vanwege het “wilsterflappen”, een techniek waarmee de vogels door middel van netten en lokvogels worden gevangen. Vroeger peuzelde men de vogels op en was dat een welkome aanvulling op het karige wintermenu. Nu wordt het flappen alleen nog gebruikt om de vogels te kunnen ringen.

Goudplevieren
Helaas is deze vogel in de winter niet op z’n mooist. Straks, in het broedseizoen hebben ze een prachtig mooi verenpak. Echter, dat zien we hier niet, dan zitten ze al lang weer op hun broedgronden in het noorden.

Goudplevier
De Goudplevier is familie van die andere plevier, de Kievit. Dat kun je ook wel zien, ze rennen net als hun achterneef soms een klein stukje en blijven dan weer stilstaan. Wel zijn ze veel vaker met elkaar in gevecht en regelmatig zie je er eentje een halve meter opvliegen om dan ook direct weer te landen.

Krakeend (woerd)
Tenslotte nog een woerd van de Krakeend, een blijver, ook in de winter. Het was slechts anderhalf uur dat ik in het veld was. Het leverde een mix op van wintergasten en blijvers op, een wintermix.
Recente reacties