Natuurfotografie, Streekgeschiedenis, Genealogie

Archief voor 12 oktober 2010

Wantsen

Helaas, het was mijn dag niet echt vandaag. Geen nood, dat heb ik vaker op dinsdag, de medicijnen zijn er debet aan. Van enige fotografische handelingen is dan ook maar weinig terecht gekomen. Daarom los ik vandaag een belofte van een paar week geleden in. Op een zonnige zaterdag zag ik heel veel wantsen, teveel voor één bijdrage. De tweede volgt hierbij.

Op bladeren van een braam kroop een soort wants rond die ik niet herkende, roodachtig bruin met “stekels” op de schouders. Het blijkt toch een vrij algemene soort te zijn. Een Nederlandse naam heeft hij echter niet. De wetenschappelijke is Picromerus bidens. Het lijkt me dan wel aardig om hem zelf een naam te geven, wetenschappelijk  totaal onverantwoord overigens. Bidens is tweetandig en merus is zuiver, louter, picro weet ik niet. Daar kan ik geen soep van maken, daarom noem ik hem de “roodbruine stekelwants”. Als het niet goed is hoor ik het wel.

Picromerus bidens

Hij mistte overigens een stuk van een voorpoot. Dat zie je heel vaak bij wantsen, ze kunnen er goed mee leven naar het schijnt. Als je hem goed bekijkt lijkt het net alsof zijn jasje te klein is. Dat hebben ze van deze soort allemaal, ’t zullen zuinige inkopers zijn.

Picromerus bidens

De volgende nodigt niet uit tot allerlei fantasieën, het is de Zuringwants.

Zuringwants

Net zoals de onderstaande. Deze Zuringwants is echter nog in het larvenstadium, z’n vleugels zitten nog ingepakt.

Zuringwants (larve)

De laatste was ook nog in een larvenstadium.

Troilus luridus?

Waarschijnlijk is het een larve van de Troilus Luridus. Er zijn veel meer soorten dan de bekende Groene stinkwants. Maar om zoveel soorten binnen tien minuten te zien, dat gebeurt me ook niet elke dag.

Advertentie